Atletiektraining in de duursport – the next step
Februari 2022
Nadat we ons in het eerste deel van Hansi Friedl al bezig hebben gehouden met het misleidende woord ‘krachttraining’ en de basis van atletiektraining hebben uitgelegd, gaan we nu nog dieper op dit onderwerp in. Waarom hebben sporters ongeacht hun niveau een goede atletische basis nodig en hoe werkt dat allemaal in het lichaam?
Fotocredit:
BORA – hansgrohe
BORA – hansgrohe / veloimages.com
Ons lichaam is een waar wonderwerk van de natuur. Maar daarbij is ons lichaam ook heel complex opgebouwd. En vooral als het lichaam zoals in de wielersport urenlang aan monotone belastingen wordt blootgesteld, wordt het wonderwerk op de proef gesteld. Er komen verbanden aan het licht waarbij oorzaak en gevolg niet altijd voor de hand liggen. Zo kan bijvoorbeeld pijn in de voet worden veroorzaakt door de wervelkolom en omgekeerd. Het hele lichaam werkt altijd met al zijn spieren en gewrichten samen, om welke (duur)sport het ook gaat. En hier moet bij het trainen altijd rekening mee worden gehouden. De hele werking van het lichaam hangt namelijk af van al die kleine details. Hansi weet: “Alleen als alles in balans is, kan er goed worden getraind en efficiënt worden bewogen.”
Bodyfitting voor bikefitting
Het maakt niet uit hoeveel kracht er uit de benen komt, als de romp de kracht van de benen niet aankan, schuif je over het zadel of beweeg je te veel of te verkrampt. Met andere woorden: een spier die veel wordt getraind, kan het een en ander verstoren als niet alles in balans is. Dan liggen blessures op de loer, vaak in de wervelkolom of in andere gewrichten. Ze voelen eerst alleen wat trekkerig aan, maar de pijn straalt al snel uit en kan dan heviger worden. Het grootste negatieve voorbeeld is hier een hernia. Zonder stabiliteit in de wervelkolom drukt de tussenwervelschijf op de zenuwen. Er komt dan veel spanning te staan op de spieren eromheen, waardoor bewegen moeilijk wordt. Op dat moment helpen de grootste spieren niet als de kleine spiergroepen niet doelgericht kunnen worden aangestuurd, maar overbelast raken en als gevolgd daarvan gespannen zijn. Vaak wordt bij mildere klachten geprobeerd het probleem met bikefittings of andere aanpassingen op te lossen. Maar zoiets heeft alleen zin als de lichamelijke basis intact is. “Zicht hebben op het eigen lichaam is voor de amateursporter vaak veel eenvoudiger en effectiever, maar dit probleem kan met systematische training worden verholpen”, druk Hansi op het hart. En ook zonder problemen of pijn is atletiektraining de moeite waard. Want persoonlijke en lichamelijke ontwikkeling hoeft niet altijd in cijfers te worden vertaald. Nee, gezondere trainingen op de lange termijn om blessures te voorkomen leiden pas op den duur tot resultaat. En wie wil nu niet op hoge leeftijd nog actief kunnen zijn?
Kleine spieren, groot effect
De hersenen werken als schakelcentrum voor het hele lichaam en dus ook voor alle bewegingen. Van hieruit worden de spieren aangestuurd, die er op hun beurt weer voor zorgen dat de gewrichten bewegen en ze in een stabiele as blijven. Daarbij zijn het vooral de kleine spieren die voor stabiliteit in de wervelkolom zorgen. Ze moeten de kracht en hefboomwerking aankunnen die grote spieren kunnen hebben. Het probleem: grote spieren kunnen met zichtbare bewegingen vrij eenvoudig worden aangestuurd en getraind. Maar bij kleine spieren is dat een ander verhaal. Deze kunnen maar moeilijk bewust worden aangestuurd omdat ze maar voor kleine, nauwelijks waarneembare bewegingen van het lichaam zorgen. Maar zelfs deze ‘evenwichtsspieren’ kunnen met de juiste oefeningen precies worden aangestuurd. Hier zijn vooral lichaamsbewustzijn en concentratie voor nodig. Wie in zijn hoofd de kleine veranderingen en de daardoor toegenomen stabiliteit bewust waarneemt, kan dit gevoel bij consequente training opslaan en het beetje bij beetje onbewust in de training op de fiets oproepen. Met welke oefeningen je dit kunt doen, wordt in de onderstaande video uitlegt. Daarbij zijn deze oefeningen een vervolg op deel 1, waarbij wat meer atletische vaardigheid is gevraagd. Train als ze te uitdagend zijn nog een paar weken met deel 1 en verhoog de moeilijkheidsgraad dan stap voor stap. En neem daarbij ook steeds de kleine bewegingen bewust waar. Dan staat een lange en goede zomer niks meer in de weg!